Toekomstbestendig onderhoud
Omdat de afhankelijkheid van subsidies te groot is, kan de Stichting Gastvrije Meren de kosten voor het grootonderhoud aan de aanlegplaatsen niet blijvend dragen. Omdat de gemeenten de aanlegplaatsen in de Randmeren voor het gebied wilen behouden, neemt de cooperatie ze per 2015 over. Tot die tijd werken de Stichting en de coöperatie Gastvrije Randmeren samen aan het onderhoud van de voorzieningen.
Herman Hulst, bestuurslid, vervent watersporter en in praktijk zo’n beetje projectleider voor het onderhoud aan de aanlegplaatsen: ‘Ik ben al in een vroeg stadium betrokken geraakt bij de inrichting van de Randmeren via de Werkgroep Oostelijke Randmeren van het Watersportverbond. We hebben destijds diverse vaartochten gemaakt en ideeën aangedragen voor de inrichting van de aanlegplaatsen, maar ook voor verdiepingen. Zo heb ik ook de verdieping van de baai bij Elburg ingebracht. Vanaf 2007 ben ik bestuurslid van de Stichting. Ik ben blij dat met hulp van de Coöperatie nu ook de noodzakelijke lange termijn investeringen gedaan kunnen worden in onderhoud, vervanging en verbetering, waardoor de continuïteit van deze unieke voorziening in de Randmeren gewaarborgd is. Mooi is ook dat Ral en Pierland per 1 juli onder de vlag van de Stichting zijn gekomen en mee overgedragen worden aan de coöperatie.’
Beheerers maken het verschil
De aanlegplaatsen hebben altijd kunnen rekenen op de inzet van de beheerders die het dagelijks onderhoud voor hun rekening nemen: ‘We hebben met de Stichting Gastvrije Meren, kortweg SGM, met veel inzet en weinig middelen de aanlegplaatsen intact kunnen houden en zo kunnen bijdragen aan het vaarplezier in de Randmeren. Daar kunnen we best trots op zijn. Hierbij hebben ook onze beheerders door hun gastheerschap en inzet om de aanlegplaatsen netjes te houden een grote rol gespeeld . Binnen de SGM heb ik de laatste jaren een nauwe samenwerking opgebouwd met de meeste beheerders en samen met hen het onderhoudsgedeelte uitgevoerd. De beheerders zullen ook in 2015 en verder hun rol blijven houden. Zij zijn het gezicht van ‘de eilanden’.
Dit voorjaar is de steiger bij Huizerhoef vernieuwd. Het projectbureau is bezig met een plan van aanpak voor het opknappen van de Dode Hond, zodat deze weer als aanleggelegenheid beschikbaar komt. Als het allemaal lukt krijgt de Dode Hond, vergelijkbaar met de andere eilanden, een inpandige haven in plaats van een drijvende steiger. Dit jaar komen ook Ral en Pierland onder de vlag van Verder worden een aantal onderhoudsverdiepingen voorbereid, die de eilanden De Schelp, Huizerhoef, Knarland, de Kluut en Pierland beter bereikbaar moeten maken. Het klein onderhoud, vooral snoeien, is dit voorjaar uitgevoerd met behulp van een groot aantal vrijwilligers en jongens van de Drijvende Ambachtsschool. De toegangsgeulen en havens zijn door de vissers die de waterplanten maaien zo goed mogelijk vrijgemaakt.
De eilanden zijn klaar voor een prachtig seizoen!